Als je alles in handen hebt gehad in een woning, dan voelt het pas echt als jouw huis, vinden Kees van Beijmerwerdt en Heleen Meppelink. En na bijna drie jaar wonen en klussen in hun woonboerderij in het Achterhoekse dorp Gelselaar voelen ze zich meer dan thuis.
Zo heeft Kees samen met zijn broer alle 17.000 stenen uit de vloer van de woon- en eetkamer in handen gehad. Eerst om ze eruit te halen en schoon te boenen en na het aanleggen van vloerverwarming weer bij het terugplaatsen. ,,Heleen vond het geen goed idee dat ik die vloerverwarming wilde aanleggen, want dan zou alles eruit moeten.” Maar voor Kees was laten zitten geen optie.
(Tekst gaat verder onder de foto)
Schema prullenbak in
,,De stenen lagen na ruim honderd jaar bijna los en direct op het zand en het was mede daardoor heel vochtig in huis.” Ook waren de slordig geplaatste radiatoren hem een doorn in het oog. Het klussen in de woonboerderij zorgde er wel voor dat het werkschema al snel de prullenbak in kon. Heleen: ,,Kees had eerst een strak schema van twee maanden, dat werd later een half jaar.” Daarna moest het opnieuw worden bijgesteld, ook omdat de vergunning van de gemeente lang op zich liet wachten.
Even een paar jaar terug in de historie. Kees en Heleen woonden tot drie jaar geleden in Etten-Leur. ,,We hadden daar een heel moderne strakke woning. Ik was bij Kees ingetrokken en we hadden de wens om ooit samen iets te kopen. Dat bleef kriebelen. We wilden graag iets boerderij-achtigs en over de IJssel, maar niet in het buitengebied. Dat is wel prettig als je ouder wordt”, zegt Heleen. De boerderij waar ze voor kozen ligt in de dorpskern van het 600 inwoners tellende plaatsje, bijna letterlijk in de schaduw van de kerk.
Kees bij zijn Triumph in zijn mancave.
Het in 1905 gebouwde Rijksmonument stond volgens het stel al jaren te koop. Kees: ,,Ik ben opgegroeid in Delden, hier niet zo ver vandaan. Gelselaar kende ik wel van de tochten met de brommer die we toen deden. Het mooie aan deze boerderij is dat er ook ruimte is om te sleutelen aan mijn auto’s. Dat was een voorwaarde.”
Tuns Hoes
Na het eerste bezoek aan ‘Tuns Hoes’, zoals het pand heet, was het duidelijk. ,,Toen we na de bezichtiging weer in de auto zaten, keken we elkaar aan en dachten hetzelfde: dit gaan we doen”, zegt Heleen.
De geschiedenis van de huidige T-boerderij begint in 1905. ,,Op deze plek heeft een andere boerderij gestaan”, zegt Kees. ,,Die is in 1903 afgebrand. Dat was in een periode dat er hier in het dorp meer panden in vlammen opgingen. Hoe dat kwam hebben we niet kunnen achterhalen.”
Wat hij wel weet is dat in die tijd in Gelselaar de Onderlinge Verzekerings Maatschappij (OVM) wordt opgericht. Inmiddels zit de OVM in het nabijgelegen Borculo. ,,Die coöperatie is begonnen in de tijd van de branden. Wij hebben al onze verzekeringen nu ook daar lopen.”
Waarschijnlijk tot in de jaren vijftig van de vorige eeuw had de boerderij nog de oorspronkelijke functie. Van vóór die tijd stamt de naam Tuns Hoes. Naamgever is Teunis Welmers, de boer die het huis bouwde . Inmiddels gebruikt Kees in het dorp ook die naam. ,,Ze kennen me hier nu als Kees van Tuns. Ik heb een moeilijke achternaam en veel dorpelingen staan hier bekend onder de naam van het huis waar ze wonen.
De ramen voor en na de restauratie.
Door het aanbrengen van vloerverwarming, het aanleggen van een ventilatiesysteem, het vervangen van het dak en de enkelglas ramen door ruiten met thermopane monumentenglas , hebben ze het gasverbruik en ook de luchtvochtigheid drastisch weten te beperken. ,,Wij gebruiken nu ongeveer 2000 kuub gas per jaar. Dat is ruim minder dan de helft van vòòr deze maatregelen”, zegt Kees.
Een kleine kanttekening: er gaat in Tuns Hoes jaarlijks wel acht kubieke meter aan stookhout doorheen. De warmte die via het ventilatiekanaal verdwijnt, zorgt via een warmtewisselaar voor het op een aangename temperatuur houden van andere kamers. Zo is de ruimte waarin Kees aan zijn motorvoertuigen sleutelt altijd 15 graden.
Depot van Monumentenwacht
Het stel heeft geprobeerd om het pand levensloopbestendig te maken en zoveel mogelijk in oude staat terug te brengen, maar wel met oog voor hedendaagse techniek en af en toe gecombineerd met moderne accenten. Veel oude spullen komen van Marktplaats en ook uit het depot van Monumentenwacht in de Betuwe.
,,Ik las er ooit iets over in de nieuwsbrief en besloot om eens te gaan kijken op een vrijdagochtend. Ik had meteen een klik met beheerder Marc van Dinteren. Echt een mooie kerel, met liefde voor oude spullen.” Kees is een voorstander van het opnieuw gebruiken van oude materialen die nog prima een tweede, derde of vierde leven meekunnen. Dat is op verschillende plekken in de fraaie boerderij terug te zien.
Het plaatsen van de vloerverwarming was een van de grootste klussen. ,,Er ligt in de kamer en de eetkamer ongeveer 43 vierkante meter kanneschrot- of potscheurvloer. (kleine dubbelgebakken steentjes, red.) Die moesten er eerst allemaal uit. Daarna hebben we 29,9 centimeter grond afgegraven, bij 30 centimeter of meer zouden we archeologisch onderzoek moeten laten doen.”
(Tekst gaat verder onder de foto)
Links de oude situatie, rechts na het leggen van de vloerverwarming.
Daarna werd isolatie en vloerverwarming aangebracht. Op de afwerklaag werden de steentjes in een kalkzandmengsel met weinig water gelegd. ,,Precies in hetzelfde patroon als voorheen en in een tempo van anderhalve vierkante meter per dag. Bijna geen steen heeft precies dezelfde lengte en dikte, dat kost tijd.”
Nu, na bijna drie jaar, is de woonboerderij voor het grootste deel af. Er staat nog één kamer op het programma en er zijn nog wat kleinere klussen die gedaan moeten worden. En ondertussen staan er ook nog wat oldtimers in de mancave die aandacht vragen en anders zijn er wel bijeenkomsten van een van de dorpsclubs waarin Kees inmiddels actief is. Heleen: ,,Kees is niet van het stilzitten.”
Deze gevelsteen van Tuns Hoes is gebroken, maar niemand weet wat er precies op heeft gestaan. Heeft u een idee? Mail: info@prettigverwoord.nl